vrijdag 28 februari 2014

Ongepaste eerlijkheid

Een van de mooiste eigenschappen van mensen met het syndroom van Asperger is dat zij altijd #eerlijk zijn. Feiten zijn een houvast. Iets is, zoals zij het zien en niet anders. Ergens doekjes omheen draaien is praktisch onmogelijk. Iets is waar of niet waar. In het geval van mijn zoon is er nog wel de mogelijkheid dat hij de waarheid tijdelijk achter houdt, maar wanneer ik ernaar vraag, zal hij altijd eerlijk zijn.

Zo heeft er wel een handje van om dingen te doen die niet mogen, maar dat zal hij ten alle tijden vertellen. Vorig jaar heeft hij een keer met een vriendje kauwgom gepikt uit de lokale Albert Hein. Het was het idee van het vriendje en het vriendje zelf durfde niet. Zoals een echte #Aspie betaamt heeft mijn zoon deze taak op zich genomen... want gevaren ziet hij niet.
Een dag later vond ik kauwgompapiertjes en nog een kauwgompje in verpakking in zijn jaszak.... Jaszakken worden hier dagelijks gecontroleerd, omdat er werkelijk van alles gevonden wordt op straat en dit MOET mee. Voor ik er erg in heb loopt hij met een halve kilo stenen te zeulen en dus halen we elke dag de zakken leeg. Maar dat terzijde.
Op mijn eerste vraag "Hoe kom jij aan deze kauwgom?" Was zijn eerste antwoord dat dit van een vriendje was. In principe klopt dit wel, want hij had de kauwgom immers voor zijn vriendje gepikt.
Bij doorvragen probeerde hij er eerst nog onderuit te komen door te zeggen dat ze dit van de moeder van het vriendje hadden gekregen. Dit vond ik nogal vreemd, omdat, wanneer ik zelf een kauwgompje zou geven, ik ieder 1 zou geven en niet een hele rol..... Ik zag overigens ook al aan zijn gezicht dat er iets niet klopte aan het verhaal.
Tranen...... "Mama, ik wil het je wel vertellen, maar ik ben zo bang dat je heel boos gaat worden".
En toen kwam het verhaal. Ik was boos, maar ook blij dat hij uiteindelijk toch weer eerlijk was.
We zijn samen naar de supermarkt gegaan, waar hij heeft opgebiecht wat er gebeurd was en hij heeft de kauwgom alsnog uit zijn eigen spaarpot vergoed aan de kassa. De moeder van het vriendje heb ik uiteraard ook op de hoogte gesteld.

Hij houdt het soms wel een tijdje achter, maar de waarheid komt ALTIJD boven water. Wat de eerlijkheid lastiger maakt, is dat zij dus ook heel moeilijk geheimpjes kunnen bewaren. Het is niet dat hij het niet begrijpt dat iets een verrassing moet zijn en dus even een geheimpje moet blijven, maar hij KAN het gewoon niet lang volhouden. Het kopen van een verjaardagscadeautje of een iets anders voor mijn partner, doe ik gewoonlijk dan ook heel kort van te voren. Dan hoeft het niet zo lang geheim te blijven.
Mijn zoon heeft inmiddels wel een aantal oplossingen bedacht voor het bewaren van geheimpjes. Zo heeft hij bedacht dat je het WEL aan iemand anders kunt vertellen. Wanneer een geheim eenmaal gedeeld is, is het niet echt meer een geheim en kan hij er met iemand over praten. Dat lucht op.

#Eerlijkheid heeft natuurlijk niet alleen te maken met het bewaren van geheimen of stiekem iets doen. Het heeft ook te maken met dingen die je al dan niet tegen iemand kunt zeggen. Op de een of andere manier zit dit bij "gewone" mensen ingebakken. Wanneer iemand ergens zijn best voor heeft gedaan, maar je vindt het niet lekker of niet leuk of wanneer iemand er anders uitziet, dan ZEG je dat gewoonlijk niet, omdat iemand zich dan gekwetst kan voelen. Mijn zoon ziet dat toch anders. Wanneer iets niet lekker is, zegt hij dat gewoon. Bij ons thuis is dat niet erg, maar lastiger wordt het wanneer hij bijvoorbeeld bij de slager een stukje worst krijgt en ronduit keihard door de winkel roept dat "die worst echt gatverdamme is!" Of wanneer we in de supermarkt achter een dikke dame staan en hij op vol volume opmerkt dat "die mevrouw echt veel te dik is en waarschijnlijk te vaak naar Mac Donalds gaat!" Dit zijn voor een moeder genante momenten kan ik melden. De bedenkelijke blikken die je dan als moeder toegeworpen krijgt zijn echt niet leuk, maar daar kan ik ondertussen steeds beter tegen.
Ik zie het zo:
Ik ga er niet over wat er uit de mond van mijn zoon komt. Ik heb hem wel degelijk opgevoed, maar hij is gewoon eerlijk en als je niet tegen eerlijkheid kunt, gepast of ongepast, dan is dat jouw probleem, niet dat van mij.
Hij is gewoon wel eerlijk! Want "wij" denken dit soort uitspraken wel, maar zeggen het niet. Is dat eerlijk? Is dat netjes? Nu ik door de ogen van mijn autistische zoon leer kijken, vraag ik mij dat steeds vaker af.
Zeggen dat je vindt dat iemand er bijvoorbeeld leuk uitziet, wil nog niet zeggen dat je dat ook echt vindt.
Mijn zoon heeft mij er dan ook wel eens op betrapt dat ik iets tegen iemand zei, terwijl ik dat eigenlijk niet vond. Grappig genoeg kwam hij later wel navraag bij mij doen hoe het zat... "Vond je dat nou echt?... En waarom zeg je het dan?" Hij kan er niet zoveel mee... en ik vind het lastig uitleggen....

Vandaag ook weer een gevalletje eerlijkheid in de supermarkt ondervonden. Wij zagen een meneer met hele korte benen lopen... Mijn zoon en ik stonden bij de kassa en de man sloot aan in een andere rij.
Mijn zoon staart naar de man en zegt doodleuk: "Kijk mam, die meneer heeft ECHT korte benen! Dat ziet er toch wel heel raar uit hè... zou hij geen hele benen hebben?"
Razendsnel denk ik na hoe ik me hieruit ga redden.....
Aan blijven staren is geen optie... Ik weet niet wat die man mankeert, dus ik kan het ook niet uitleggen....
Ik besluit als volgt te antwoorden: "Ik weet niet wat er met die meneer is.... Als je het graag wilt weten, moet je het aan hem vragen". Zonder enige aarzeling stapt mijn zoon op de man af:
"Meneer, mag ik u wat vragen?"
"Natuurlijk", zegt de man, terwijl hij ondertussen naar mij kijkt.
Ik kijk verontschuldigend terug.
"Wat is er met jouw benen, waarom loop jij zo raar?" vraagt mijn zoon.
De man antwoord dat hij zo geboren is en dat hij zijn knieën gebruikt als zijn voeten.
Hij lacht er vriendelijk bij, wanneer hij aan mijn zoon uitlegt hoe het zit en ik voel me gerustgesteld.
Ergens krijg ik het vermoeden dat deze man de eerlijkheid van mijn zoon kan waarderen en ik ben blij met mijn instant-oplossing voor dit voorval. Ook ik krijg nog een glimlach van de man.
Nadat mijn zoon het voor hem bevredigende antwoord heeft gekregen, komt hij weer bij mij in de rij staan...
"Die heeft OOK een #handicap" legt hij mij uit......




vrijdag 21 februari 2014

Paniek

Het mag inmiddels duidelijk zijn dat de dingen moeten gaan zoals mijn zoon ze verwacht. Het is vooral niet de bedoeling dat ze anders gaan dan hij het zich heeft voorgesteld, omdat dit #paniek kan veroorzaken. En dit is nu precies wat lastig is in de praktijk. Het leven laat zich niet van te voren voorspellen. Voor een deel kun je plannen, maar soms gaat het gewoon anders en vaak heb je daar als individueel mens weinig invloed op. Lastig hoor, maar vooral lastig als je er zoveel last van hebt. De afgelopen week was het wel een paar keer prijs en om te laten zien hoe dit uitpakt in het hoofd van iemand met #Asperger onderstaand een aantal illustraties.

Vorige week waren we op verjaardagsvisite bij ons neefje. Wij komen daar niet zo vaak, maar mama weet wel de weg.... tenminste, de oude weg. Er is een kortere weg, maar die heeft mama pas 1x gereden en dat was op de terugweg. De heenweg besluit ik dan ook gewoon de "oude weg" te nemen. Duidelijk voor mezelf en voor mijn zoon. Een omweg, maar ik weet hoe ik moet rijden en dat gaat goed. Omdat ik de terugweg al een keer de nieuwe weg genomen heb, besluit ik die nu ook te nemen. Ik vertel dit aan mijn zoon als we instappen. "Mam, weet je zeker dat je de weg weet?" Ik zeg eerlijk dat ik het niet zeker weet, maar dat we het gewoon proberen....  Helaas neem ik per ongeluk een afslag te vroeg. De weg komt mij niet bekend voor. Het is een lange weg zonder mogelijkheden om een afslag te nemen of te keren en ik word gedwongen de weg te volgen. 
Mijn zoon wiebelt op de voorstoel naast me heen en weer....
"Mam.... deze weg is niet goed... Het komt me niet bekend voor.... Weet je zeker dat dit de weg is die je de vorige keer ook hebt genomen?"
Ik besluit eerlijk te zijn, hoewel ik weet dat dit verkeerd uit kan pakken. "Nee, dit is niet de goede weg; ik heb me vergist." 
Ik zie de paniek in zijn ogen oplichten.... "Hoe komen we nu thuis dan? Weet je wel waar we heen gaan? Waar gaan we nu naartoe dan?" 
Mijn hoofd draait op volle toeren. Terwijl ik op de weg moet letten om te zien waar ik de auto kan keren moet ik ondertussen ook nog mijn kind zien te kalmeren. Ik denk hardop na in de hoop dat hij mijn "overlevingsstrategie" kan volgen. "We moeten ergens de weg af en de auto omdraaien, zodat we terug kunnen rijden naar waar ik de verkeerde afslag heb genomen". 
Dit resulteert echter in een stroom van nog meer vragen. 
"Weet je nog waar je verkeerd ging dan?" 
"Waar ga je omdraaien dan?"
"Waarom draai je hier niet gewoon om?"
"Weet je vanaf daar wel weer de weg dan?"
"Komen we dan wel weer thuis dan?"
Ik zucht diep en zie dan mijn redding.... Een benzinestation aan de andere kant van de weg. Ik draai de auto en we rijden weer de goede kant op. Ik probeer mijn zoon gerust te stellen met de mededeling dat het goed komt, maar ik zie dat hij het vertrouwen in mijn kennis van de weg heeft opgegeven. Ook wanneer we bij het punt komen waarop ik de verkeerde afslag nam is hij er nog niet gerust op. Pas wanneer ik de binnendoor weg heb genomen en we op de bekende weg komen haalt hij opgelucht adem. "Vanaf hier weet ik het weer", zucht hij.

Een paar dagen na dit incident moeten we met de bus naar de wekelijkse sessie van de psycholoog. We moeten daar om 1 uur zijn en normaal gesproken nemen we de bus van 10 voor half 1. Het is 20 minuten met de bus en dan nog 2 minuten lopen en daarmee zijn we altijd ruim op tijd aanwezig. Dat geeft mijn zoon rust. Hij is (net als zijn moeder) altijd graag ergens op tijd.
Deze keer kwamen we echter op tijd bij de bushalte aan, maar blijkbaar was de bus of te vroeg geweest of niet geweest. Met de eerstvolgende bus gaan we het allemaal net redden, maar het wordt wel krap. 
Op een digitaal bord wordt bij de bushalte aangegeven hoe laat de volgende bus komt. Zoals altijd wordt dit door mijn zoon per direct gecheckt bij aankomst. Hij constateert dat het nog 14 minuten duurt voordat de volgende bus komt.... en daar gaat zijn "paniekknopje" weer. "He, hoe kan dat.... Dit klopt niet hoor. De bus moet er zo nog aankomen! Hebben we de bus gemist? Hoe kan dat? Komen we nu te laat?"
Ik probeer hem gerust te stellen door te zeggen dat we met deze bus ook op tijd komen. Dat de vorige bus waarschijnlijk te vroeg was of niet is geweest, maar dat we met de volgende bus zeker ook op tijd zullen komen. Ik reken hem voor hoe het met deze "nieuwe" bus zal gaan. De bus komt om 12.36 uur. Het is 20 minuten rijden met de bus. Dan is het 12.56 uur. Het is nog 2 minuten lopen, dan is het 12.58 uur. Hebben we dus nog 2 minuten speling om op tijd (13.00 uur) aanwezig te zijn. 
"Nou, dan hoop ik maar dat dat gaat lukken" zegt mijn zoon. 
De hele weg in de bus is hij onrustig. Hij houdt nauwlettend de klok in de bus in de gaten en bij elke halte waar gestopt wordt, ontsnapt er een "pfffffft". Ik moet hem meerdere keren verzekeren dat het echt wel gaat lukken, dat de bus op schema rijdt en dat daarbij rekening gehouden wordt met in- en uitstappende mensen. Om precies 12.56 uur stappen we uit de bus en 2 minuten later stappen we bij de psycholoog naar binnen. "Zo, nu hoeven we es een keer niet te wachten", constateert mijn zoon en ik zie de spanning van zijn gezicht afglijden. 

Wat ik zelf vooral moeilijk vind is dat mijn zoon zijn houvast zoekt in bepaalde zekerheden die niet zeker zijn. Voor een deel kunnen we structuur in zijn leven aanbrengen, maar dat lukt gewoon met heel veel dingen niet. En dat maakt hem zo onzeker. Het geeft zo veel onnodige spanning. 
En ook voor mijzelf is het lastig om in te kunnen schatten hoeveel zekerheid hij nodig heeft en in hoeverre je dan als ouder ook nog eens mag denken dat er in het leven gewoon heel veel onzekerheden zijn en dat hij daar ook zijn weg in zal moeten vinden. 

Zo was er gisteren op school in de middag "Podiumkunsten" ingepland. Van alle groepen mogen kinderen hun kunsten aan alle kinderen van school laten zien. Mijn zoon zou optreden met zijn klas. Natuurlijk komt mama kijken naar het optreden. Samen met een vriendin stap ik de gymzaal in, waar de optredens gehouden worden. Mijn zoon heeft al snel door dat wij aanwezig zijn en zwaait enthousiast. 
Tijdens het optreden, wat natuurlijk op zich al spannend is, zie ik dat hij ons ook in de gaten houdt. Na het optreden van mijn zoon verlaten we de gymzaal weer en gaan naar huis. Mijn vriendin komt van ver en wil voor de files aan naar huis rijden. Ik overweeg om mijn zoon nog te laten weten dat we er vandoor gaan, maar omdat het zo druk is in de gymzaal en zo rumoerig dat hij mij toch niet zal verstaan, besluit ik het te laten voor wat het is. Hij zal vanzelf wel merken dat we er niet meer zijn en hij weet immers dat ik hem uit school weer op kom halen. 
Wanneer ik om 15.00 uur weer bij school , hoor ik van een andere moeder dat mijn zoon in paniek was geweest, omdat hij mij na het optreden niet meer kon vinden. Ook juf vertelde mij vanmorgen dat hij inderdaad in paniek was geweest, maar dat zij hem goed op heeft kunnen vangen.
Ik was er dus al bang voor, maar weet ook dat hij zelf een manier zal moeten vinden om hiermee om te gaan. Het leven laat zich niet vangen in zekerheden en vertrouwen zal hij moeten leren. Ook als mama niet in de buurt is. 






dinsdag 18 februari 2014

Handicap

Wekelijks bezoek ik samen met mijn zoon een #psycholoog. In eerste instantie was dit om een #diagnose vast te kunnen stellen. Inmiddels zijn we aan het uitzoeken wat die diagnose #Asperger nu precies voor hem inhoudt.
De psycholoog maakt gebruik van de methode "Ik ben speciaal". Het is een werkboek waarbij eerst gekeken wordt naar wat alle mensen gelijk hebben en waarin zij verschillen. De buitenkant is voor de meeste mensen gelijk (met het verschil tussen mannen en vrouwen). Ieder mens heeft dezelfde onderdelen, maar die kunnen wel qua vorm en grootte en kleur van elkaar afwijken. Iedereen is dus eigenlijk hetzelfde, maar toch anders. In sommige dingen lijk je op een ander. Met andere dingen ben je uniek. Je kunt bijvoorbeeld dezelfde kleur ogen hebben als je moeder, maar de kleur haar van je vader. Je kunt groter zijn dan de jongen naast je in de klas, maar je bent kleiner dan je opa.
Een stukje moeilijker wordt het als we het over karakter gaan hebben en persoonlijke eigenschappen. Daarvoor moet je namelijk zelfkennis hebben en da's op zich al lastig als je 9 bent, maar wanneer je een vorm van #autisme hebt, wordt het allemaal nog ingewikkelder. Dan kun je namelijk niet goed inschatten hoe een ander jou ziet. Dit was dan ook het gedeelte waar ik als mama bij het proces werd betrokken. Op verzoek van mijn zoon mag ik bij de sessies aanwezig zijn. Mijn zoon lijkt namelijk heel wijs, maar als het op zelfreflectie aankomt, dan blijkt hij daar weinig kaas van gegeten te hebben. Ook lijkt hij niet goed te weten wat hij zelf goed kan en minder goed kan. Ik schrik van zijn lage zelfbeeld, maar gelukkig hebben we ook een heleboel goede en prettige eigenschappen kunnen benoemen, waarvan ik hoop dat zijn zelfbeeld wordt opgekrikt. De conclusie van deel 1 van de methode is dat alle verschillen samen jou uniek maken. En da's mooi! Ik zou bijna willen zeggen dat het voor ieder kind fijn zou zijn om dit deel van het werkboekje eens in te vullen.

Vorige week zijn we begonnen met deel 2 van het boekje.
Voordat de sessie begint wordt er thee gehaald en heb ik even tijd om samen met mijn zoon vast het werkboekje door te bladeren. Het gaat over "anders zijn".... al snel komt mijn zoon al bladerend een bladzijde tegen dien over #handicaps gaat. Hij slaat het boekje dicht en schuift het resoluut opzij met de mededeling: "Dit gaat niet over mij!"

Ik vraag hem wat het probleem is.
"Mam, dit gaat over mensen met een #handicap en die heb ik niet".
Vervolgens vraag ik hem wat een handicap volgens hem dan precies is.
Hij kan het niet benoemen.
Ik probeer uit te leggen wat een handicap is. Dat je een handicap hebt als je iets niet kunt doordat iets van je lijf niet helemaal naar behoren werkt, maar ik lijk niet tot hem door te dringen.
Gelukkig komt daar de psycholoog met de thee aan.
Ik geef aan dat we "een probleempje" hebben, omdat volgens mijn zoon dit boekje niet over hem gaat.
Samen weten we hem over te halen toch maar eens uit te zoeken wat nu precies een handicap is. We beginnen met de ogen... Zowel mijn zoon als ikzelf en de psycholoog zijn brildragend. Zonder onze bril of lenzen zien we niet scherp. Dat is dus een handicap.
"Ahaaa", zegt mijn zoon.... maar hij vertrouwt het voor geen meter. De sessie loopt stroef en uiteindelijk vast. Hij zit er met zijn aandacht totaal niet bij. Hij bladert wat door het boekje... verderop gaat het over autisme. Ik zie hem schrikken bij dat woord. Hij kent het woord .... en ik zie dat hij een verbinding in zijn hoofd probeert te maken tussen de woorden "handicap" en "autisme".... het lukt niet.
Ik vraag de psycholoog of we misschien de sessie voor vandaag moeten laten voor wat het is...
Hij heeft tijd nodig. Zij heeft het gelukkig ook gezien.

Op de terugweg naar huis vraagt mijn zoon nog voorzichtig: "Mam, jij vindt toch niet echt dat ik gehandicapt ben... je ziet toch niks aan mij?"

Vanmiddag mogen we weer.... ik ben benieuwd.




AdSence

dinsdag 11 februari 2014

Emoties herkennen

Wat voor mijn zoon erg lastig is, is het herkennen van #emoties.
Dit kwam sterk naar voren uit de testjes die hij heeft moeten doen om een #diagnose te kunnen vaststellen. Voor mij kwam dit in eerste instantie wel als een verrassing. Je gaat er als moeder immers vanuit dat dit iets vanzelfsprekends is. Emoties worden de hele dag door door iedereen die je tegenkomt getoond. Je kunt vaak aan iemands gezicht wel aflezen hoe diegene zich voelt. Mijn zoon kan dus duidelijk niet. Hij blijkt vaker de plank mis te slaan dan ik had gedacht.

Dit verklaart wel zijn reactie van een aantal jaar geleden. Ik was alleen met mijn zoon thuis en was verdrietig vanwege alle toestanden rondom de echtscheiding. Ik huil niet vaak in het bijzijn van mijn zoon, omdat ik vind dat ik hem niet hoef lastig te vallen met mijn eigen innerlijke belevingen, maar soms ontkom je er, ook als moeder, niet aan. Het moment dat het je allemaal te veel wordt.... Ik zat huilend op de bank toen mijn zoon naar mij toe kwam. Hij bestudeerde mijn gezicht en zag er geschrokken uit. Vervolgens wees hij naar een traan die over mijn wang liep met de mededeling: "Mam.... er rolt allemaal nattigheid uit je ogen!"
Verbouwereerd vertelde ik hem dat dat tranen waren. Mama zit te te huilen, mama is verdrietig.....   Stilte..... 
Op dat moment was ik echt verbaasd dat hij dit niet als zodanig herkende. Ik kon het toen niet plaatsen. Pas nu begrijp ik dat het met zijn #autisme te maken heeft en hoewel het daarmee niet makkelijker wordt, wordt het wel begrijpelijk.

Nu ik weet dat hij echt moeite heeft met herkennen van emoties, vallen voor mij veel meer gebeurtenissen op de plek. Ik begrijp nu waarom hij vaak bij mij controleert of hij het goed gezien heeft hoe iemand zich voelt. Zo kunnen we over straat lopen en iemand tegenkomen die bijvoorbeeld nogal gehaast is en daardoor strak voor zich uit kijkt.. Dan krijg ik van mijn zoon de vraag.... "Mam, denk je dat die meneer boos is?" Ik leg hem dan uit dat die meneer waarschijnlijk haast heeft, omdat hij nogal snel liep en met zijn gedachten waarschijnlijk bezig is met hetgeen waarom hij zo'n haast heeft. Waarop mijn zoon antwoord: "Mam, hoe zie jij dat?" En dat is toch verdomd lastig om uit te leggen aan iemand die echt geen idee heeft hoe emoties te herkennen.

Afgelopen weekend hadden we ook weer een prachtig voorbeeld van een mis-interpretatie van emoties. We hadden gekeken naar de schaatswedstrijd waarbij Irene Wust olympisch goud won. Na de wedstrijd was er een moment waarop te zien was dat zij aan het huilen was van blijdschap. Dit resulteerde in de volgende conclusie van mijn zoon: "He, huilt ze nou? Waarom huilt zij? Is ze helemaal niet blij dat ze gewonnen heeft?"
Nee lieverd.... soms kun je zo blij zijn dat je gaat huilen van blijdschap....
Emoties zijn rare verschijnselen. Je moet het maar weten....


donderdag 6 februari 2014

Letterlijk

Wij zijn hier thuis van de #taalspelletjes en de #woordgrapjes.
Als dochter van een journalist is #taal mij met de paplepel ingegoten. Het was belangrijk en dat is het nog steeds.... en taal is vooral leuk. Spelen met taal is iets wat ik graag doe. En mijn levensgezel is er gelukkig ook van. De woordgrapjes vliegen hier dan ook dagelijks in het rond. En uitdrukkingen en gezegden worden met grote regelmaat gebruikt. Rijmen en dichten doen we zonder ons hemd op te lichten.
Nu is het zo dat mensen met #autisme/ #asperger de taal vaak letterlijk nemen, wat hier nog wel eens tot grote consternaties leidt. De opmerking "Jij hebt echter boter op je hoofd" resulteert er bijvoorbeeld in dat mijn zoon met zijn hand over zijn hoofd strijkt om vervolgens op te vragen "Waar dan? .... Ik voel het helemaal niet zitten."

Het was mij, toen mijn zoon nog klein was, al vaker opgevallen dat hij sommige van mijn woordgrapjes niet begreep, maar voordat hij de diagnose van Asperger had, stond ik er niet bij stil dat dit nauwelijks zou gaan veranderen. Praktisch elk woordgrapje moet uitgelegd worden, waarbij we dan ook zoveel mogelijk context aan hem mee proberen te geven en bijpassende situaties voor hem proberen te schetsen, in de hoop dat hij het onthoudt en er in een andere situatie iets mee kan of er in ieder geval "normaal" op reageert.

Vorige week hadden we voor het eerst sinds tijden witlof op het menu. Mijn partner houdt daar niet van, dus die maakte de opmerking: "Lief, ik ben natuurlijk vol lof over jouw lof, maar jou komt alle lof toe, dat is een be-lof-te"
Ik zag mijn zoon verbouwereerd kijken, maar hij zei niets.... pas toen ik hem op bed gingen leggen kwam de vraag: "Wat is lof nou eigenlijk?"
"Weet je nog dat sommige woorden een dubbele betekenis hebben? Nou, lof is dus een korte naam voor witlof, maar je kunt ook iemand de eer van iets geven, maar dat kun je ook lof noemen. Van "loven".
"Uhuuuuuh" doet hij dan op zijn eigen manier.... en dan weten wij dat het kwartje gevallen is. Wat dat betreft is het wel fijn dat hij een hoog IQ heeft, want het krijgt allemaal een plekje en wordt zorgvuldig opgeslagen in de grote puzzel die "woordgrapjes" heet.

Soms probeert hij zelf te achterhalen hoe het nu zit met een bepaalde uitdrukking. Alles moet namelijk logisch zijn voor mijn zoon. Laatst regende het bijvoorbeeld heel hard. Ik keek naar buiten en zei "Jeetje, het regent echt pijpenstelen". Vervolgens gaat mijn zoon naar buiten kijken en na enige tijd van observatie van de regen concludeert hij: "Ja mam... de regen lijkt vandaag inderdaad op de pijpenstelen die we wel eens vinden in de duinen..."
Zo had ik het nog nooit bekeken, maar ik vond het wel een goede vergelijking.
Uit nieuwsgierigheid toch maar eens even opgezocht op Google:
http://www.geschiedenisbeleven.nl/Taal_en_Teken/Uitdrukkingen/121-Het_regent_pijpenstelen/
(Dat hij dus wel gelijk heeft!).

Regelmatig wordt er nog wel gecheckt of hij zijn puzzelstukje van de taal op de juiste manier heeft opgeborgen. "Mam, bedoelen ze nou dit of dat?"

Pas heeft hij overigens zelf een woordspeling bedacht. Mijn levensgezel, die behebt is met ADHD kan nogal eens een stroom van woorden over iemand uitstrooien, wat natuurlijk nogal eens botst met mijn zoon. Iemand met Asperger zit namelijk echt niet te wachten op een stroom van woorden. Kom tot de kern, dan weet hij het wel. Ga je er een soep van maken, dan zal hij zal hij de kern van je verhaal er niet uit op kunnen maken.

Op school had mijn zoon de uitdrukking "Hij praat honderduit" geleerd.
Nadat mijn partner klaar was met zijn betoog kwam mijn zoon tot de volgende conclusie:
"Jij praat niet honderd, maar wel tweehonderd uit!"
Zo, die zit.




maandag 3 februari 2014

Puzzelen

Mijn zoon houdt van puzzelen.... Hij is er goed in. Hij is een echte puzzelkampioen.
Al toen hij nog heel jong was, maakte hij met gemak puzzels die eigenlijk nog niet voor zijn leeftijd bestemd waren. Daar waar een ander genoegen nam met 4 stukjes, wilde hij puzzels van 25 stukjes maken.Tegenwoordig is een puzzel van 500 stukjes eigenlijk al te gemakkelijk voor hem. Geef hem een weekendje en hij legt er eentje van 1000 stukjes in elkaar. Het werkt een soort verslavend voor hem. Eenmaal ermee begonnen, is hij niet meer te stoppen en zal hij elk vrij momentje gebruiken om de puzzel op te lossen.
Hij puzzelt ook op een andere manier dan de meeste mensen die een puzzel op zullen lossen.
Hij begint wel met de rand te maken (dat is immers hoe we het hem geleerd hebben), maar daarna gaat hij op zoek naar stukjes die bij elkaar horen. Hij sorteert het liefst eerst op kleur en maakt dan een stuk wat hij vervolgens in de puzzel past en ongeveer op de plaats legt waar het moet komen. Daarna maakt hij een volgend stuk. Dit hoeft niet perse aansluitend te zijn met het stuk dat hij eerder heeft gemaakt. En geen van beide stukken hoeven ook direct op de rand aan te kunnen sluiten. Dat komt wel. Uiteindelijk vallen alle puzzelstukjes op de plek en hoeven er alleen nog wat detailstukjes ingevoegd te worden om het hele plaatje compleet te maken.




Omdat ik mij zo aan het verdiepen ben in #Asperger en #Autisme,
ben ik er inmiddels achter dat het logo er als volgt uitziet:



en ben ik er ook achter waarom....




#Puzzelen....
Dit is eigenlijk een prachtig en letterlijk voorbeeld van hoe mensen met #autisme denken:
Er is een situatie .... daar hebben we het kader (de rand van de puzzel). Dan hebben we de invulling van dit kader (de losse puzzelstukjes). In eerste instantie ziet dit eruit als een grote onoverzichtelijk brij. Stukje bij beetje worden de losse stukjes van deze brij bij elkaar gezocht. Dit houdt verband met dat en dat houdt verband met weer iets anders. En al die verbanden vallen binnen hetzelfde kader. Als het allemaal in elkaar past, dan is het plaatje compleet.

In het boek "Geef me de 5" van Colette de Bruin staat de denkwijze van mensen met autisme als volgt beschreven:
Mensen met autisme nemen op een andere, gefragmenteerde wijze waar. Deze andere manier van waarnemen is de kern waar autisme om draait......
...... Autisme is een stoornis van de hersenen, die het kind al vanaf de geboorte heeft. Waarnemen doet iedereen via ogen, oren, huid, mond en neus. Deze informatie gaat naar de hersenen. Daar wordt de informatie verwerkt en vervolgens reageer je daar op. Bijvoorbeeld: je ziet dat er iemand naar de voordeur loopt, je hoort de bel, je staat op en doet de deur open zonder daar echt over na te denken. De samenhang tussen iemand zien, het horen van de bel en de deur opendoen is logisch. Bij een kind met autisme is het opendoen van de deur niet per definitie een logische stap bij het horen van de bel. Dat komt doordat bij hem de waarnemingen van de zintuigen als losse puzzelstukjes in de hersenen aankomen. De samenhang is daardoor zoek. Hij moet eerst deze losse stukjes in elkaar zien te puzzelen, voor hij de waarneming als een geheel kan zien en er vervolgens betekenis aan kan geven. Dit kunnen de hersenen razendsnel, maar het moet wel gebeuren. Niet alleen bij het horen van een deurbel, maar bij alles wat een kind met autisme ziet, ruikt, voelt, proeft en hoort, moet hij puzzelen. Je kunt je voorstellen dat hij onbewust (het speelt zich immers onzichtbaar in de hersenen af) heel hard moet werken om al deze informatie te verwerken. In het voorbeeld van de bel horen en de deur opendoen, is het verband tussen de waarneming (iemand naar de deur zien lopen en de bel horen) en de handeling (de deur open doen) niet vanzelfsprekend. Vandaar dat het kan voorkomen dat het kind niet opendoet en rustig blijft zitten, zonder het idee te hebben dat hij iets zou moeten doen. Wanneer de zintuigen veel informatie tegelijkertijd te verwerken krijgen, komen al de losse puzzelstukjes in de hersenen als het ware op een hoop terecht. Het kind moet ze eerst in elkaar zetten (puzzelen). Het verwerken kost hem dus meer tijd. Op het moment dat het kind niet meer in staat is om de veelheid aan puzzelstukjes te verwerken, zie je vaak dat het opeens ontploft...... 
Het lezen van dit stukje in het boek was voor mij een echte EYE-OPENER!
Dit verklaart onder andere de regelmatige uitbarstingen van mijn zoon (daarover meer in een ander blogje), maar het zegt me ook dat mijn zoon de HELE DAG aan het PUZZELEN is IN ZIJN HOOFD!.
De hele dag is hij stukjes van gebeurtenissen en oorzaken en gevolgen bij elkaar aan het zoeken. Dit geldt dus voor hele simpele dingen (zoals eerst je broek en dan je schoenen aantrekken), maar ook voor ingewikkelde zaken (zoals gevoelens en emoties, die steeds wisselen in steeds wisselende situaties). En dat verklaart nou precies waarom hij zo goed is in legpuzzels. Legpuzzels zijn makkelijk en logisch. Legpuzzels passen altijd .... je zoekt gewoon de stukjes bij elkaar en die leg je op hun plek. Eitje toch. Van losse stukjes grotere gehele maken en die in een kader leggen.
Doet ie de hele dag.....